
Carmen online programmaboek
Voorstellings-informatie
credits
Voorstellings-informatie
Makers
Libretto
Henri Meilhac en Ludovic Halévy, naar Prosper Mérimée
Muzikale leiding
Jordan de Souza
Regie
Robert Carsen
Decor
Michael Levine
Kostuums
Falk Bauer
Licht
Robert Carsen
Peter van Praet
Choreografie
Marco Berriel
Instudering regie
Jean-Michel Criqui
Maria Lamont
Cast
Don José
Stanislas de Barbeyrac
Escamillo
Lukasz Golinski
Le Dancaïre
Michael Wilmering
Le Remendado
Ian Castro*
Zuniga
Frederik Bergman
Carmen
J’Nai Bridges
Micaëla
Adriana González
Frasquita
Inna Demenkova*
Mercédès
Polly Leech
Lilas Pastia
Laurent D'Elia
Morales
Georgiy Derbas-Richter *
* De Nationale Opera Studio
Nederlands Philharmonisch Orkest
Koor van De Nationale Opera
Koordirigent
Lionel Sow
Nieuw Amsterdams Kinderkoor (onderdeel van Nieuw Vocaal Amsterdam)
Kinderkoordirigent
Anaïs de la Morandais
Productieteam
Assistent-dirigent
Anne Champert
Assistent-regie
Maarten van Grootel
Avondregie
Maria Lamont (3, 7, 9 september)
Maarten van Grootel (12, 14, 18, 20, 22 september)
Assistent-regie (stage)
Hasse van der Veldt
Assistent-koordirigent
Ad Broeksteeg
Repetitor/pianist
Peter Lockwood
Christophe Manien
Taalcoach
Sonja Nedrum
Voorstellingsleiding
Marie-José Litjens
Pieter Heebink
Sanne van Loenen
Julia van Berkel
Emma Eberlijn
Eerste toneelmeester
Wim Kuijper
Eerste belichter
Peter van der Sluis
Voorman rekwisieten
Remko Holleboom
Geluidstechniek
Igor Milosavljevic
Nina Kraszewska
Special Effects
Andries Swart
Eerste grimeur
Pim van der Wielen
Assistent-kostuumproductie
Jojanneke Gremmen
Mariama Lechleitner
Eerste Kleder
Sandra Bloos
Productieleiding
Joshua de Kuyper
Productievoorbereiding
Sieger Kotterer
Dramaturgie
Naomi Teekens
Titelregie
Eveline Karssen
Bediening boventiteling
Jan Hemmer
Repetitiecoördinator
Vere van Opstal
Coördinator participanten
Nico Weggemans
Barbara Gautschi
Begeleiding participanten
Laurens Visser
Hans van Rijswijk
Taco Mansens
Remco van Dam
Henk Melchers
Sitara Alakhramsing
Josefine Koloski
Orkestinspecteur
Frouke Terpstra
Koor van De Nationale Opera
Sopranen
Jeanneke van Buul
Tomoko Makuuchi
Melanie Greve
Lisette Bolle
Gonnie van Heugten
Nicole Fiselier
Simone van Lieshout
Frederique Klooster
Sara Moreira Marques
Kitty de Geus
Vesna Miletic
Vida Maticic
Kiyoko Tachikawa
Esther Adelaar
Elizabeth Poz
Claudia Wijers
Else Linde Buitenhuis
Deasy Hartanto
Zane Danga
Alten
Maria Kowan
Elsa Barthas
Yvonne Kok
Liesbeth van der Loop
Klarijn Verkaart
Ellen van Beek
Ruth Willemse
Rut Codina Palacio
Maaike Bakker
Emma Nelson
Myra Kroese
Marieke Reuten
Sophia Patsi
Irina Scheelbeek
Maaike Molenaar
Irmgard von Asmuth
Valerie Friesen
Daniella Buijck
Carlijn Kooijmans
Tenoren
Cato Fordham
Richard Prada
François Soons
Robert Kops
Thomas de Bruijn
Livio Gabrielli
Raymond Sepe
Milan Faas
Wim-Jan van Deuveren
Frank Engel
Frank Nieuwenkamp
Reza Nayel
Rudi de Vries
Mirco Schmidt
Martin van Os
Roy Mahendratha
Julie Traniello
Erik Janse
Bassen
Richard Meijer
Dominic Kraemer
Peter Arink
Wojtek Okraska
Ian Spencer
Jaap Sletterink
Hans Pieter Herman
Bora Balci
Rob Wanders
Jan-Willem van der Hagen
Nicolas Clemens
Roele Kok
Emmanuel Franco
Jeroen Manders
Rene Steur
Hans Pootjes
Bas Kuijlenburg
Matthijs Schelvis
Arman Isleker
Christiaan Peters
NIEUW AMSTERDAMS KINDERKOOR
Onderdeel van Nieuw Vocaal Amsterdam
Alice Chatron-Bennett
Amelie Kanter
Barbara Klee
Bram de Bree
Cato Pleijsier
Eden Vos
Elizabeth Gerrard
Emma Malan-Revell
Feije Borsboom
Florén Brozius
Frances Amado
Harvey Lopez
Helena Jeremiasse
Jonathan Lever
Kate van den Broek
Lena Koedam
Lidewij Burgerhout
Lilo Bouma
Lois Nollet
Max Munnecom
Mette van den Broek
Mia Kindt
Natasja Provily
Nora van den Nieuwenhof
Pheline Bennebroek
Rhinja Simons
Rosa de Waal
Sanne Eleonora Mostert
Sasha Pattberg
Sien Langendijk
Sophia Iriarte
Thalia Oyewole
Walter Hondius
Wanda Wiedijk
Zeynep Ayar
Zoe Jackson
Zosia Cecherz
PARTICIPANTEN
Ans Arends
Adele Atzert
Sebastiaan van Avezaath
Harrie van der Avoort
Bernadette Bal
Dorine Bechtold
Jan Benit
Douwe van den Berg
Sjaak Besseling
Marina Betist
Irene Betlem-van Ingen
Annelies de Beurs
Helma Blankman
Riet Bloom
Arthur Boersma
KLM Bon-Nijssen
Ebbetien Boor
Haizea van Bork Elicegui
Ronald Bos
Yvonne Bosch
Susanna Bosch
Monique Bouwman
Marga van den Brink
Helen van den Broek
Mary Ann Brooks
Tineke Brouwer
Ank Brouwer
Daniel de Bruijn
Petra Bruning
Richard van Bueren
Anna Bundalo
Toon van Bussel
Carmen Cabo
Christina Caddy
Cees Casteleijn
Marta Cazzanelli
Carla Chaudron
Cees Chaudron
Saida Chedi
Natalia Chernysheva
Cees Coomans
Laura Corsi
Bregje Deben
Klaas Deen
M.F. Deinema
Mar Dekker
Francien Dekker
Ioana Deleanu
Richard Delval
Hans Demarteau
Ria Demarteau
Nini Derlagen
Jacqueline Dessing
Mischa van Deventer
Claudia Dias
Liesbeth van Dijk
Paul Doedens
Willem Donkers
Fransje van Doorn
Elvira Dorst
Sylvia Dubbeldam
Margriet Duijster
Sophie van Egeraat
Marjes Elling
Loek Elsenburg
Paul van der Elst
Huub Elzerman
Tikkie Engelhard
Dirk Engels
Marijke van Etten
Cornelis van Eunen
Corina Falbe
Janvi Johanna Falzeder
Henk de Feijter
Jessica Felsenthal
Teresa Ferreira
Maria-Carmela Franke
Henriette Frans
Pollyana de Freitas
Wouter Freulich
Bas van Gelderen
Marja aan 't Goor
Evina de Graaf
Juliette Gregg
Ilja Groenewegen
Angélika Groot
Tineke Groot
Gerard de Groot
Annelies de Groot
Susanne de Groot
Reina de Groot
Ivy Grootendorst
Marieke Grosjean
Jessica de Haan
Wil Hallers
Annelies van Ham
Sonja Hamhuis
Merel van Haren
Jessica Harmens
Monique Harthoorn
Ientje Hazewinkel
Truusje van Heck-de Groot
Els Heeremans
Robert van der Heijden
Ingrid Heitmann
Agnieszka Hejduk
Riks Helder
Juliette Hemelaar
Pim Hengeveld
Evert Henrotte
Martien van den Heuvel
Willem Heuves
Mieke Hilhorst
Bram Hofman
Sarah Hogenbirk
Pieternel Hol
George Holstein
Olga Hommes-de Beer
Joost van den Hooff
Frank Hoogeweegen
Gesina Hoogsteen
Rina Hopmans
Leida van der Horst Groen
Barbara van Houten
Sylvie Hoving
Desiree Huisman
Johanna Huizer
Sonja Hulst
Jasper Hupkens
Loekie Jacobs
Monique Jacobs
Peter Jacobs
Ronald Janssen
Marian Janssen
Serah Jap-A-Joe
Clementine Jesterhoudt
Eugenie de Jong
Peter Jonkergouw
Marjon Jonkergouw-de Smit
Manja Jordans
Ino Kalker
Anne Kamsteeg
Denys Karabanov
Nataliia Karabanova
Joke ten Kate
Marnix Kerkhoff
Marja Klompmaker
Anja ten Klooster
Lies Knapp
Peter Knudsen
Sonja Koch
Annemiek de Kock
Lia Kok
Susan Kok
Türkü Köksel
Maria de Koning
Jos de Koning
Jacqueline Korver
Barbara Kos
Despina Krango
Zinaida Krivchenko
Paul Krynen
Bogna Kula
Yvonne Kunst
Erik Kunst
Evgenia Kutsa
Kristina Kuzmenko
Camiel van de Laak
Richard van der Laarse
Pieter Lagerveld
Ellen Langerak
Everdien Lasonder
Martien Lathouwers
Astrid Leenders
Anneke van Leeuwen
Suzanne van Leeuwen Monteiro
Jack Leijten
Renske Lenderink
Jacqueline Lenior
Vera van Lieshout
Lex Linsen
Claudio Mauricio Lisondo
Mariette Lodder
Elly van Logchem
Vincent Loos
Odette Loukovskaya
Alyssa Macgregor-Hastie
Sander Maclaine Pont
Anthony Maguire
Valeria Manco
Tatevik Manukyan
Eros Martiello
Lineke van der Meer
Marjo van der Meer
Gerrie van Meerten
Janneke van der Mei
Jeltien Meijer
Oksana Melnik
Barbara Meloni
Kim van der Meulen
Charlotte van Meurs
Renate Miske
Renée Moerland
Arnold Moerman
Marleen Monsma
Marja Moors
Isabella Mulder
Helen Mulder
Edwin Muller
Adelheid van den Muller (Bosch)
Ruth Mungroop
Conny Musch
Rodrigo Neira-Gonzalez
Fred van der Neut
Sybrech Nevenzeel
Wieke Nolet
Loes Nooij
Margarita Novokhatskaia
Hans Nubé
Bert Nuhaan
Erik ten Oever
Joost den Ouden
Helen Oud-Khoesial
Valeria Pachl
Timothy Panfilov
Aleid van Papenrecht
Pierre-Yves Parant
Elma Pennekamp
Xandra Pennings
Hennie Pijn
Maria Pinto da Costa
Walter Pirovano
Mieke Pleij
Annemarie Pols
Bertil Pouwels
Akke Prins
Gro Rapstad
Eefje Reitsma
Karin Reitzig
Elleke van Renesse
Noah van Renswoude
Irina Riaskova
Maarten van de Riet
Adriana Rio
Madzy Rispens
Jenny Roetman
Marilyn Rojot
Shana Rompas
Jeroen van Rooij
Liedje de Rooij
Janny van Rossen
Hanneke Rouwers
Luc Runderkamp
Willy Russchen
Terese Rutten
Milda Salciute
Julia Samson
Koen Sandbrink-Schuur
Charlotte van Sante
Marjolijn Sas
Willemien W.S Scharff v.d.Lande
Peter van der Scheer
Gonda van Schie
Michelle Schilder
Adrienne Schneider
Simone Scholtens
Eva Schoone
Helen Schretlen
Dieuwertje Schuur
Anna-Rose Shack
Tine Sijbesma
Bart Sinnema
Hanny Sjaarda
Iryna Slipchenko
Ine de Smet
Igna Snelders
Bob Snoek
Cynthia Snoep-Langendijk
Anny Sodeike
Nelli Soloveva
Adriana Spanjaart
Helga Spits
Henny van Splunter-Geersema
Lidewijde Stam
Astrid van der Steen
Toos van Steenbergen
Iet Stoker
Vicky Storvik
Ineke Swarte-Laenen
Pien Tamboer
Paul Terlouw
Nico Terpstra
Despina Terzidou
Elly Tierie-Tap
Yvonne Timmer
Ruth Tolsma
Yvonne Ubben
Lyda Uiterwijk
Mariëlle Veekamp
Ineke Veel
Elizabeth Venicz
Gertjan Verbeek
Janine Verbers
Tim Verdriet
Liuba Veretentseva
Bernadette Verhagen
Mette Vernooy
Anneloes Vink
Gerbrand Visser
Alice Visser
Michiko Visser-Kameyama
Nina Vlaming
Anne van Vliet
Suzanne van Vliet
Clara van Vliet
Ineke Vogels
Jeanette de Vos
Janny Vriend-Dragstra
Kari de Vries
Marion Vrijdag
Tineke de Waard
Katja Wahle
Laura Watkinson
Peter Watkinson
Marjan Westerlink
Louise Wijsman
Iwan van der Wijst
Joke de Wit
Desiree Wooldrik
Ruud Worm
Tamara Wrobel
Caroline Wulp
Peter van der Zande
Rudolf van Zanten
Xin Zheng
Peter Zijlema
Femy van Zijtveld
Martijn Zuiderduin
Carmen in het kort
Nog vijf minuten voor de voorstelling en snel behoefte aan informatie? Hier lees je wat je móet weten over Carmen.
Carmen in het kort

Prosper Mérimée/Georges Bizet
In 1845 publiceert Prosper Mérimée (1803-1870) zijn novelle Carmen. Het verhaal wordt verteld vanuit het perspectief van een Franse ambtenaar, die in zijn zoektocht naar de locatie van de Slag om Munda (45 v. Chr.) in een afgelegen gebied in Andalusië terechtkomt. Hij ontmoet er Don José en de verleidelijke Carmen. Gegrepen door een fascinatie voor ‘het exotische’ raakt de Franse componist Georges Bizet (1838-1875) op zijn beurt in de ban van Mérimées novelle. Samen met zijn librettisten Henri Meilhac en Ludovic Halévy bewerkt hij de novelle tot een verhaal voor het toneel van de Parijse Opéra-Comique.
TEGEN DE STROOM IN
Vandaag de dag is Carmen één van de bekendste en meest opgevoerde opera’s ter wereld. Componist Georges Bizet wordt geprezen om zijn pakkende melodieën en de scherpte van het werk. Ten tijde van de première was dit wel anders: Carmen sprak weliswaar tot de verbeelding, maar de vrijgevochten en individualistische titelheldin bewoog zich in ieder opzicht tegen de stroom in.

Robert Carsen
De Canadese regisseur Robert Carsen is een van de meest gevraagde regisseurs in de internationale operawereld. In veel van zijn ensceneringen laat hij de voorgeschreven tijd en handeling achterwege, waardoor de onderliggende thema’s uit de opera naar de voorgrond worden gebracht. Al meer dan eens liet Carsen het speelvlak in zijn ensceneringen daarom nagenoeg leeg, zodat alle aandacht uit kan gaan naar de personages en hun menselijke hartstochten.
VOORBIJ DE HISTORISCHE KITCH
In zijn regie gaat Carsen voorbij aan het clichématige beeld van het pittoreske Sevilla en stelt hij de dramatische scherpte van het repertoirestuk centraal, waardoor de toeschouwer zich moeilijk kan onttrekken aan dat wat er op het toneel gebeurt. De grote tribune die vanaf de eerste akte het toneelbeeld domineert, is een belangrijk element in deze enscenering en legt de nadruk op de dominante thematiek van ‘voyeurisme’ in Carmen.

Jordan de Souza
De slinkse, dalende melodieën van Carmens ‘Habanera’ en de paraderende marsmuziek van Escamillo’s ‘Toreador-aria’ klinken de meesten bekend in de oren. In eerste instantie misschien niet eens van Georges Bizets opera zelf, maar van reclamespots op televisie of van verschillende andere verwijzingen naar de muziek in populaire cultuur. De jonge Canadese dirigent Jordan de Souza laat samen met het Nederlands Philharmonisch Orkest deze welbekende melodieën van de klassieker in een creatieve en frisse benadering klinken.
Carmen: doorn in het oog van de Opéra-Comique
Carmen ging in première in de Parijse Opéra-Comique, een operahuis dat vooral gezinsvriendelijke drama’s opvoerde voor de bourgeoisie. Met zijn Carmen ging Bizet tegen de stroom in. In deze bijdrage lees je meer over het ontstaan van Carmen.
Carmen: doorn in het oog van de Opéra-Comique
Al in 1875, het jaar waarin Carmen in wereldpremière ging, voorspelde Tsjaikovski dat het de beroemdste opera ter wereld zou gaan worden. Tot op de dag vandaag staat deze eeuwige favoriet van Georges Bizet op de podia van operahuizen over de hele wereld. Maar de totstandkoming van Bizets Carmen verliep in ieder opzicht moeizaam.
Wanneer Bizet in 1872 zijn tweede compositieopdracht van de Parijse Opéra-Comique krijgt, is hij vastberaden om het genre te vernieuwen. Nadat hij drie voorgestelde scenario’s van de Opéra-Comique heeft afgewezen, stelt hij zelf de novelle Carmen van Prosper Mérimée voor. Maar de Opéra-Comique is allesbehalve enthousiast. Een verhaal over een ongrijpbare flamboyante vrouw met een eigen wil die graag buiten de lijntjes kleurt, was geen onderwerp voor de Opéra-Comique, een operahuis dat vooral gezinsvriendelijke drama’s opvoerde voor de conservatieve bourgeoisie. Dat publiek was gewend aan lichte thematieken, spannende intriges en voorspelbare liefdesverhalen, die steevast een gelukkig einde kenden. Bizets titelheldin sprak weliswaar tot de verbeelding, maar ze zou op het toneel sterven en nota bene door toedoen van haar ex-geliefde.
Op verzoek van de Opéra-Comique bracht Bizet, samen met zijn librettisten Ludovic Halévy en Henri Meilhac, een aantal grote wijzigingen aan in het verhaal van Mérimée. De gewaagde femme fatale moest wat inboeten aan radicaliteit, waarna onder meer het personage Micaëla werd gecreëerd als de ideale deugdzame tegenhanger van de roekeloze Carmen. Ook werd haar gewelddadige dood wat meer naar de achtergrond verdreven, door deze te laten samenvallen met Escamillo’s overwinning in het stierengevecht.
Toch werd de opera met een air van schandaal ontvangen. Het Parijse publiek viel over het losgeslagen vrouwelijke hoofdpersonage - net zoals de Opéra-Comique al eerder over haar was gevallen. Toch prikkelde de opera de nieuwsgierigheid. Toen Bizet drie maanden na de première overleed, was Carmen al 33 keer gespeeld. Een uitzondering voor een ongesubsidieerd theater.
Tekst: Naomi Teekens
De stem van Carmen
Componist Georges Bizet gaf zijn titelheldin een uniek en verleidelijk muzikaal karakter. In deze bijdrage maak je kennis met de manier waarop.
De stem van Carmen
Bizet gaf zijn titelheldin Carmen een uniek (muzikaal) karakter met haar iconische dalende melodielijnen, gesyncopeerde ritmes en gewaagde teksten. Van haar ‘Habanera’ tot haar fatale duet met Don José wordt haar muziek gedomineerd door een verleidelijke retoriek, die haar sensuele aantrekkingskracht en vrijgevochtenheid treffend illustreert.
Carmens langverwachte entree wordt aangekondigd door de mannen buiten de sigarettenfabriek met de woorden: “Mais nous ne voyons pas la Carmencita?” (“Maar wij zien la Carmencita niet?”). Bij zowel de mannen in de theatrale wereld van de opera als het publiek in de zaal creëert dit een verwachting, waar Bizet zijn Carmen eenvoudig op laat inspelen.
Carmen onthult niet alleen haar opvattingen over de liefde als ze hun vraag: “Quand je vous aimerai?” (“Wanneer ik jullie zal liefhebben?”) beantwoordt in haar gezongen recitatief, maar neemt ook de muzikale identiteit van haar bewonderaars klakkeloos over. Door ook in de muziek een toenaderende beweging te maken, wakkert ze het verlangen alleen maar meer aan en windt ze haar bewonderaars moeiteloos om haar vinger, voordat ze de deur dichtslaat en de muzikale taal van de gehele opera zal gaan domineren met haar eigen stem. Zo breekt ze abrupt met de zekerheid en voorspelbaarheid van de symmetrische muzikale structuur, die alle voorgaande muziek zo sterk kenmerkte, en beweegt ze zich naar de muzikale onvoorspelbaarheid van onregelmatige triolen. Op een golvende baslijn baant haar lijfspreuk zich vervolgens een weg door de verleidelijke melodie van haar ‘Habanera’, dat zich ontvouwt tot een werkelijke mélodie re-belle.
Tekst: Naomi Teekens, naar een passage uit Naomi André’s Black Opera: History, Power, Engagement.
Carsens schouwspel
In de productie van regisseur Robert Carsen krijgt het thema van ‘voyeurisme’ een centrale rol. Het toneelbeeld wordt gedomineerd door een levensgrote tribune, die ons als toeschouwer een spiegel voorhoudt. Lees hier meer over de regie.
Carsens schouwspel
De Franse schrijver Prosper Mérimée wond er geen doekjes om toen hij zijn novelle Carmen liet publiceren. Hij opent Carmen met een Grieks opschrift: “Elke vrouw is zo bitter als gal, maar ze heeft wel twee goede momenten: de een in het bruidsvertrek en de ander in haar graf” en eindigt het verhaal met een oud Romaans gezegde: “Een gesloten mond vangt geen vliegen.” Maar het blijft niet bij deze twee korte teksten: zijn houding tegenover de vrouw is allesbehalve respectvol en dit resoneert sterk door de gehele novelle.
In het tweede hoofdstuk van zijn Carmen beschrijft de verteller hoe de vrouwen in Andalusië zich bij het vallen van de avond baden in de Gaudalguivir. De voorbij slenterende mannen genieten ongegeneerd van dit schouwspel: “Geen enkele man zou het wagen om zich te midden van dit gezelschap te begeven, maar zo van een afstand en met een klein beetje inspanning en fantasie, is het niet moeilijk voor te stellen dat deze mannen zich Diana en haar nimfen voor de geest probeerden te halen zonder dat zij hetzelfde lot als Actaeon hoefden te vrezen.” Volgens de mythe zou Actaeon als straf voor zijn daad van ‘voyeurisme’ in een hert zijn veranderd, waarna hij werd verslonden door zijn eigen jachthonden. Het idee van ‘voyeurisme’, dat zowel in Mérimées novelle als in Bizets opera aanwezig is, vormt voor regisseur Robert Carsen als het ware het vertrekpunt van zijn enscenering, waarin een grote halve tribune het toneelbeeld domineert. In de slotakte wordt deze tribune pas in zijn volle potentie gebruikt, wanneer deze is volgestroomd met mensen, die niet alleen getuige zijn van Escamillo’s stierengevecht, maar tevens van het duel op leven en dood tussen Carmen en Don José. Het is op dit moment dat Carsen het operapubliek een spiegel voorhoudt. Het publiek maakt namelijk – wellicht nietsvermoedend – de cirkel van de arena rond en wordt als gevolg zelf bewust in de rol van ‘de voyeur’ geplaatst. Carsen brengt op deze wijze de grilligheid van het voyeurisme, dat zo centraal staat in de opera, naar de voorgrond. Hoe warm, diep en rijk de melodieën van Bizets meesterwerk ook mogen klinken en voelen, Carmen blijft slechts het lijdend voorwerp van onze voyeuristische genoegens.
Tekst: Naomi Teekens
Interview met dirigent Jordan de Souza
De Canadese dirigent Jordan de Souza maakt met Carmen zijn debuut bij De Nationale Opera. We spraken hem over de muziek van Carmen. De Souza: ‘Het genie van Bizet schuilt in zijn gevoel voor muzikale vertelling’.
Interview met dirigent Jordan de Souza
Voor velen is Bizets Carmen een genot om naar te luisteren. De lyrische klanken en chromatische melodielijnen wisten menigeen te bekoren: niemand minder dan Johannes Brahms, Pjotr Iljitsj Tsjaikovski en Friedrich Nietszche likten hun vingers af bij het werk. Volgens dirigent Jordan de Souza heeft Bizet zijn bekendheid echter niet alleen te danken aan zijn weelderige melodieën en bekende deuntjes, maar vooral aan zijn ongekende vermogen om drama in muziek te verklanken.
De partituur van Bizets Carmen heeft al meer dan eens op zijn lessenaar gestaan. Toch is Carmen dirigeren geen routinewerk. De jonge Canadese dirigent Jordan de Souza probeert de welbekende melodieën van de klassieker altijd met een frisse blik te benaderen alsook met de conventies van toen in zijn achterhoofd: “Carmen bestaat eigenlijk uit een mengelmoes van genres en stijlen. Bizet voelde zich aangetrokken tot vele muzikale werelden: van opera in alle genres en Duitse symfonieën tot de populaire liederen van zijn tijd en de dansmuziek van het Boheemse cabaret. Zonder zijn kennismaking met al deze verschil- lende muzikale talen had hij de levendige en eclectische wereld van Carmen niet kunnen creëren. De opera is hierdoor in verschillende opzichten een grensoverschrijdend werk, dat langs vele conventies van zijn tijd schuurde. Uit de afschuw waarmee het eerste publiek op de wereldpremière van Bizets Carmen reageerde, blijkt dat het werk sterk indruiste tegen de verwachtingen van die tijd.”
“Vandaag de dag zijn de verwachtingen anders: wij horen weliswaar de muzikale veelzijdigheid van Carmen, maar we ervaren de opera wel als een eenheid. Of we nu de rustige lyriek van Micaëla horen, het onstuimige gezang van Don José of Carmens sensuele klanken: we horen allemaal Carmen. Wanneer ik de partituur van Carmen opensla, wil ik die verschillende kleuren van het werk eren, maar wel zonder gevoel van eenheid te verliezen. Verder streef ik ernaar om af en toe licht buiten de lijntjes te kleuren. Bizet schreef dit werk zelf immers ook om de grenzen van het genre verder op te rekken. Een klein beetje rebellie in een uitvoering van Carmen kan dus zeker geen kwaad, zolang deze maar in lijn ligt met de visie van de regisseur en met de dramatische boog die in het werk zelf besloten ligt.”

‘Opéra comique’
Carmen kan gerekend worden tot het genre van de ‘opéra comique’: een lichter Frans operagenre dat in de achttiende en negentiende eeuw zeer populair was en dat zich kenmerkt door gesproken dialogen, die de gezongen aria’s aan elkaar verbinden. Volgens De Souza moet de opera ook als zodanig beschouwd worden: “We weten dat Bizet hoogst ontevreden was over de starre en voorspelbare opera’s binnen dit genre. Toch was de componist met zijn opera Carmen allesbehalve op zoek naar een nieuwe dramatische vorm. Hij streefde er juist naar om het ware potentieel van het genre tot uiting te laten komen. Dit neemt niet weg dat zijn keuze om Carmen als ‘opéra comique’ te presenteren wel bijzonder gewaagd was. De meeste operahuizen buiten Frankrijk hanteerden immers ononderbroken zang als voornaamste vereiste voor de werken die zij op hun toneel presenteerden. Bizet moet zich er dan ook absoluut bewust van zijn geweest dat het werk pas breder succesvol zou kunnen worden, wanneer de gesproken passages in zijn Carmen omgezet zouden worden naar gezongen recitatieven. Maar ondanks dat zette hij zijn zinnen op het genre ‘opéra comique’ en schreef hij zijn Carmen met de voor het genre zo kenmerkende gesproken dialogen. De gesproken dialogen bieden een groot en cruciaal voordeel voor een componist die niet alleen prachtige muziek wil componeren, maar ook het drama zorgvuldig muzikaal wil verklanken. Zij maken een meer soepele en dus ook natuurlijkere communicatie tussen de personages mogelijk, waardoor hun menselijkheid voorop komt te staan. Zeker in vergelijking met gezongen recitatieven, die vaak omslachtig zijn en maar een beperkte hoeveelheid aan tekst effectief kunnen overbrengen, bood de gesproken dialoog met haar emotionele directheid Bizet een ideaal medium om zo dicht mogelijk bij zijn bourgeois publiek te komen.”
Deze conventie van het genre hielp de componist dus om het drama van zijn Carmen beter naar voren te brengen. De manier waarop Bizet speelt met het contrast tussen gesproken en gezongen teksten wordt het meest duidelijk in de rol van Don José. In tegentelling tot de andere personages zingt hij namelijk amper in de eerste akte. Maar omdat we allemaal weten dat Don José de lyrische tenor van het verhaal is, prikkelt Bizet onze nieuwsgierigheid naar zijn stem tot het uiterste: “Totdat zijn emoties te overweldigend zijn en hij simpelweg niet anders kan dan zingen, horen we de tenor alleen maar spreken. Dat Don José pas tot zijn lange lyrische melodielijnen wordt gedreven als Micaëla hem het nieuws van zijn moeder komt brengen, is dan ook een van de vele magische momenten die Bizet creëerde in zijn Carmen.”

De waarheid van woord en klank
Nog geen drie jaar na de Parijse première van Carmen ging een bewerkte versie van de opera met gezongen recitatieven in première in Wenen. Deze waren van de hand van Bizets goede vriend Ernest Guiraud, omdat Bizet vlak na de wereldpremière van zijn Carmen stierf, heeft hij de gesproken teksten nooit zelf kunnen omzetten naar gezongen recitatieven. De doorgecomponeerde versie werd een waar succes en maakte vervolgens furore over de hele wereld. Lange tijd werd dan ook alleen deze doorgecomponeerde versie van Bizets opera opgevoerd. Volgens de De Souza is Bizets oorspronkelijke versie met gesproken dialogen echter de enige échte versie, want de dialogen spelen wat hem betreft juist een cruciale rol in de psychologische ontwikkeling van de personages en de dramatische spanningsopbouw van de opera: “Je moet echt goed luisteren naar de woorden in Bizets Carmen, zeker binnen de dialogen, maar eigenlijk in de gehele opera. Achter ieder woord gaat een berg aan betekenis schuil. Het libretto van Carmen wordt dan ook niet voor niets tot een van de scherpste binnen het canonieke operarepertoire gerekend.”
Carmen: spel van symmetrie en tegenstellingen
De muzikale wereld van Carmen kenmerkt zich door een spanning tussen majeur en mineur, alsook tussen muzikale symmetrie en de ontwrichting hiervan: “In de prélude leren we al snel dat de wereld van Bizets Carmen wordt beheerst door deze elementen. Net zoals vele werken binnen de ‘opéra comique’ is de prélude gecomponeerd in een voorspelbare maatsoort in vieren met een constante terugkeer naar de grondtoon. Het is een muzikale structuur waar we al snel aan gewend raken, waardoor iedere kleine afwijking ervan als een verstoring wordt gezien. De onheilspellende melodie halverwege de prélude vormt zo’n eerste verstoring, en als de chromatiek van deze melodie niet veel later wordt verbonden aan het titelpersonage, wordt zij ook meteen als een vreemd element gezien. Vanaf haar opkomst wordt Carmen dus aangeduid als de ontwrichtende factor die de muzikale symmetrie doet ontsporen. Interessant genoeg geeft Bizet de tweede vrouw van het verhaal een soortgelijke introductie, maar Micaëla’s entree betekent slechts een kleine verstoring van de duidelijk gestructureerde wereld van Bizet. De licht chromatische instrumentatie die haar opkomst ondersteunt, is een misverstand en lost vervolgens ook weer moeiteloos op wanneer ze begint te zingen. Carmens verstoring is echter veel bedreigender, want zij weet de gehele opera te kleuren met haar muzikale discours. Zo ook de lange lyrische melodielijnen van Don José. Zij vallen ten prooi aan de chromatiek van Carmens muziek en worden langzaamaan ontwricht. In zijn ‘bloemenlied’ is dit het duidelijkst terug te horen. Het lied gaat uiteindelijk over de innerlijke onrust die zijn femme fatale hem toebrengt en zijn verlangen om haar te temmen – vergelijkbaar met Alfredo’s verlangen naar een leven met Violetta in Verdi’s La traviata. Don José ervaart zijn eigen roekeloosheid daarom ook in dezelfde muzikale vormen als die van Carmen. Hij weet zich uiteindelijk wel uit haar chromatische muzikale discours te ontworstelen, maar haar slinkse klanken zullen tot aan het einde van de opera zijn melodieën blijven kleuren en beïnvloeden.”
Carmen kent geen einde
Bizet eindigt de opera uiteindelijk met de dood van Carmen. Toch betekent haar dood volgens De Souza niet per definitie haar einde: “De dood van Carmen beëindigt weliswaar de innerlijke onrust van Don José en ook de muzikale tegenstellingen die de opera zo sterk definiëren, maar het zal altijd Carmen zijn die met de scepter zwaait. Het zijn uiteindelijk haar verleidelijke melodieën die we neuriën als we het theater verlaten. Bizets muzikale afronding, die zo onbetwistbaar lijkt, blijkt dus niet zo definitief te zijn. Carmen sterft wellicht op het toneel, maar haar klanken blijven altijd resoneren.”
Interview door Naomi Teekens
Tijdlijn
Door de jaren heen heeft het verhaal van Carmen verschillende vormen aangenomen: wist je bijvoorbeeld dat zelfs Beyoncé de rol in een hiphop-bewerking vertolkte? We zetten de ontwikkeling van Carmen voor je op een rijtje.
Tijdlijn
Exotische fantasie, femme fatale en feministisch vrijheidsicoon
1845: De oorsprong van Carmen
De novelle Carmen van Prosper Mérimée wordt gepubliceerd. Hij schept met Carmen een van de meest onweerstaanbare, vrouwelijke personages uit de literatuurgeschiedenis, die niet alleen componist Georges Bizet volledig zou gaan inpalmen, maar de hele wereld – zeker nadat Bizet haar naar het operatoneel vertaalde.

1875: Georges Bizets Carmen
Georges Bizets opera gaat in première in de Parijse Opéra-Comique op 3 maart 1875.
1875-1910: De gloriedagen breken aan
Carmen verovert wel al snel de Weense hofopera, waar Bizets meesterwerk in een Duitse vertaling wordt opgevoerd. Daarbij zijn de gesproken dialogen uit de oorspronkelijke opera door Bizets goede vriend Ernest Guiraud uitgewerkt tot gezongen recitatieven. Deze versie van Carmen wordt erg populair. Vanaf 1878 staat de opera vrijwel overal ter wereld op het programma.

1910-1927: Carmen op het witte doek
Vanaf 1910 verschijnen de eerste stomme films over Carmen op het witte doek, waarbij Bizets bekende melodieën vaak live worden uitgevoerd. Een van de vroegste Carmen-films is Charlie Chaplins Burlesque on Carmen uit 1915. In zijn parodie hekelt Chaplin de dwaasheid van mannen die voor verleidsters als de femme fatale vallen.

1943-1954: De eerste Carmens van kleur
In de Verenigde Staten neemt de populariteit van Carmen toe in de context van de strijd voor rassengelijkheid. Zo schrijft Oscar Hammerstein II de musical Carmen Jones voor een volledig zwarte cast. Deze gaat in 1943 in première en wordt in 1954 verfilmd door Otto Preminger. Dorothy Dandridge, die in deze verfilming te zien is als Carmen Jones, is vervolgens de eerste genomineerde van kleur voor een Academy Award in de categorie Beste Actrice.

1983-1984: De feministische Carmen
Begin jaren ’80 bereiken de politieke spanningen rondom gelijke rechten voor mannen en vrouwen een hoogtepunt. Het is niet moeilijk een verband te zien met deze gebeurtenissen en de vier nieuwe films over de vrijgevochten Carmen die in 1983 en 1984 verschijnen: Carlos Saura’s ‘flamenco’ Carmen, Francesco Rosi’s Carmen, Peter Brooks La Tragédie de Carmen en Jean-Luc Goddard’s Prénom Carmen. De drie eerstgenoemde films maken gebruik van Bizets welbekende melodieën.
1988-1990: Carmen op het ijs
Tijdens de Olympische Spelen van 1988 presenteren verschillende deelnemers aan de kunstschaatscompositie routines op de muziek van Bizets Carmen. Dit biedt inspiratie voor Carmen on Ice, een televisieproductie uit 1990 met maar liefst drie Olympische kampioenen in de hoofdrollen.

2001: Carmen – A Hip Hopera
Kip Collins’ MTV Carmen: A Hip Hopera met in de hoofdrollen Beyoncé Knowles en Mekhi Phifer verschijnt. Collins liet zich hiervoor inspireren door Carmen Jones. De gelijkenissen tussen Dandridge’s Carmen Jones en Beyoncé’s Carmen Brown zijn onmiskenbaar.
2001-2005: Carmen op het Afrikaanse continent
Dat het verhaal van Carmen wereldwijd tot de verbeelding spreekt, blijkt uit twee Afrikaanse bewerkingen van de opera uit de vroege jaren 2000. De Senegalese Karmen Geï van Joseph Gaï Ramaka uit 2001 en de Zuid-Afrikaanse U-Carmen eKhayelitsha, geregisseerd door Mark Dornford-May uit 2005, zijn beide geworteld in zwarte gemeenschappen waar eeuwen van koloniale onderdrukking nog steeds de beleving van politieke vrijheid en identiteit domineren. Dornford-May behoudt de muziek van Bizet, maar zet de Franse woorden om naar de bantoetaal Xhosa. Ramaka vertaalt Bizets sensuele melodieën naar dans op de krachtige geluiden van veertig Senegalese sabardrummers.
2009: Robers Carsens Carmen bij De Nationale opera
Gevierd regisseur Robert Carsen waagt zich eindelijk aan Carmen. Nadat hij het verzoek voor een nieuwe enscenering al bij verschillende operahuizen had afgeslagen, wil hij zich over Bizets meesterwerk buigen voor De Nationale Opera; met name de arena-achtige vorm van de zaal spreekt tot zijn verbeelding.
2018: Een radicaal einde bij Maggio Musicale Fiorentino
Regisseur Leo Moscato maakt in zijn enscenering voor de Maggio Musicale Fiorentino in Florence, Italië een gewaagde wijziging. In deze productie is het niet Carmen die de dood vindt, maar Don José. Als protest tegen de mannelijke overheersing, huiselijk geweld en vrouwenmoord, schiet Carmen Don José koelbloedig dood.
Programmaboek
Word Vriend van De Nationale Opera
Vrienden van De Nationale Opera steunen de zangers en makers van ons gezelschap. Die vriendschap is voor hen onmisbaar en daar doen wij graag iets voor terug. Voor Operavrienden organiseren we exclusieve activiteiten achter de schermen en online. U ontvangt van ons het Vriendenmagazine, krijgt voorrang bij de verkoop van plaatsbewijzen en 10% korting in de winkel van Nationale Opera & Ballet.