Achter de schermen: de voorstellingsleider
De wereld achter het toneel van Nationale Opera & Ballet is een voorstelling op zich. Welke rollen zijn er te verdelen? In deze serie volgen we medewerkers van Nationale Opera & Ballet die niet op het podium te zien zijn. Decorbouwers, rekwisiteurs en visagisten, maar ook de medische dienst, de brandweer en de medewerkers van de kantine.
Voor deze eerste ‘aflevering’ kijken we mee met het team van de voorstellingsleiding: de even onzichtbare als onmisbare kapitein van de voorstelling.
Interne klok
Als je je afvraagt wie de belangrijkste persoon van de voorstelling is, denk je al gauw aan de regisseur, de choreograaf of de dirigent. Maar als de voorstelling eenmaal af is, zorgt het team van de voorstellingsleiding ervoor dat alles wat het creatieve team bedacht heeft op het juiste moment gebeurt: de voorstellingsleiding is onmisbaar voor een vlekkeloos verloop van de voorstelling. Het publiek merkt daar, als alles goed gaat, niets van. Als vanzelf gaan de deuren van de zaal open. De gong klinkt, je gaat zitten. Twee rijen voor je staan nog een drietal mensen ietwat gespannen bij dezelfde stoel: er is wat verwarring over de placering. Een zaalwacht komt erbij, en juìst als de situatie opgelost is gaat het doek omhoog. De dirigent komt op, de voorstelling begint.
Joost Schoenmakers
‘We voeren niks uit. We geven opdrachten en checken of het goed gaat. Zelf houden we altijd onze handen vrij’
Alle acties, opkomsten, aankondigingen en changementen worden achter de schermen door de voorstellingsleiding aangestuurd én in de gaten gehouden. Joost Schoenmakers, die al 25 jaar als voorstellingsleider werkzaam is bij Nationale Opera & Ballet, legt uit: “Ons team zorgt ervoor dat alle schakels voor, tijdens en na de voorstelling als een geoliede machine op elkaar inhaken. Wij zijn het centrale regelcentrum, de interne klok. We voeren niks uit. We geven alleen opdrachten en checken of het goed gaat. Zelf houden we altijd onze handen vrij. De zaaldienst lost het op als er een akkefietje in de zaal is. Maar wij zorgen ervoor dat de dirigent dan nog even wacht.”
Meters maken
Het team bestaat uit een eerste en een tweede voorstellingsleider, plus een aantal assistenten. Joost staat, als eerste voorstellingsleider, ‘op de vloer’. Voor aanvang van de voorstelling gaat hij bij alle afdelingen langs om te controleren of iedereen op schema ligt. “Alles in orde, zijn jullie al opgemaakt?”, roept hij naar een groepje 19e-eeuws geklede figuranten in de gang bij de kleedkamers, die op hun smartphones zitten te kijken. “Vergeet je dat ding niet weg te leggen als je straks op moet?”
Tijdens de voorstelling is de eerste voorstellingsleider bij alle cruciale opkomsten en overgangen aanwezig, wat betekent dat hij soms flink moet hollen. Van de kleedkamers onder het toneel door naar de opkomst van de dirigent aan de zijkant van de orkestbak. Meteen weer terug naar boven, muisstil achter alle decorstukken langs over het podium, om de eerste solist op tijd het toneel op te sturen. Via een headset rapporteert hij aan de tweede voorstellingsleider over de stand van zaken. “Dirigent staat klaar, zaallicht kan uit.”
De Cockpit
De tweede voorstellingsleider is degene die via het centrale intercomsysteem alle acties aankondigt en dirigeert. Hij zit achter het zijtoneel aan een tafel vol knoppen en monitoren, die ook wel ‘de cockpit’ wordt genoemd. Via de schermen heeft hij zicht op de dirigent en kan hij volgen wat er op het toneel en in de zaal gebeurt. Met de knoppen bedient hij de gong en het zaallicht, via het intercomsysteem communiceert hij met de zaaldienst, de toneeldienst, de rekwisietenafdeling, de kleedkamers, het licht en het geluid. “Attentie stand 56a – stand 56a…NU!”
Frank Lever
Bij Nationale Opera & Ballet wordt gewerkt met een notatiewijze die jaren geleden door de inmiddels gepensioneerde voorstellingsleider Frank Lever werd ontwikkeld. “Hij komt uit Engeland en had daar een opleiding productie podiumkunsten gevolgd. In Nederland bestond dat toen nog niet, we deden maar wat.” De voorstellingsleiders werken met een duimendik draaiboek – op de linker pagina staat de partituur, op de rechterpagina staan alle cues en aanwijzingen op overzichtelijke wijze genoteerd. “Het draaiboek is de kapstok van de voorstelling. Lichtstanden, changementen en opkomsten; van alle acties staat aangeven wanneer het moet gebeuren en ook hoe lang van te voren we het moeten aankondigen – solisten hebben tijd nodig om van hun kleedkamer naar het podium te lopen.”
Montage vs. voorstelling
Ondanks de grote verantwoordelijkheid die het team draagt, heerst er tijdens de voorstelling een opvallend ontspannen sfeer. Joost Schoenmakers legt uit hoe dat komt. “De montageperiode van een voorstelling is voor ons veel harder werken. Het draaiboek bestaat dan nog niet, alles is voor iedereen nieuw. Dingen worden uitgeprobeerd en nog continu aangepast. De wensen van het artistieke team moeten wij omzetten in de juiste aanwijzingen naar de teams op de vloer. Maar als de voorstelling eenmaal draait dan weet in principe iedereen wat er moet gebeuren. Wij zijn er dan vooral om de timing in de gaten te houden."
En wanneer is iemand een goede voorstellingsleider? "Je moet duidelijk zijn. Kunnen ingrijpen als het nodig is, op de tijd letten en overzicht houden. "Ach", zegt Joost lachend, "als ze er maar zijn als ze moeten zingen!"
Tekst: Caroline Ruijgrok