Altin Kaftira
Tekst: Rosalie Overing - Foto: Altin Kaftira

60 jaar Het Nationale Ballet: Van danser naar...

20 June 2022

Foto header: Voormalig danser Altin Kaftira aan het werk als fotograaf
Tekst: Rosalie Overing

Dit seizoen bestaat Het Nationale Ballet zestig jaar. In deze zestig jaar wisselden niet alleen talloze producties elkaar af, maar vonden ook verschillende generaties dansers hun thuis bij het gezelschap.

Sommigen van deze dansers, zoals Altin Kaftira, Mathieu Gremillet, Anu Viheriäranta en Mirjam Braam zijn nog altijd – of inmiddels alweer – aan het gezelschap verbonden, zij het alle vier in een heel andere positie: fotograaf/filmregisseur, filmmaker, productieleider en afdelingsassistent bij de marketingafdeling.

ALTIN KAFTIRA

‘Onverwachte kansen grijpen’ en ‘right place, right time’ blijken de sleutelwoorden te zijn in de verhalen van alle vier ex-dansers, maar vormen vooral de rode draad in het leven en de carrière van voormalig eerste solist Altin Kaftira. Zonder een beetje hulp van het lot was hij namelijk misschien überhaupt nooit bij Het Nationale Ballet terechtgekomen. Altin: “Het was 1995 en ik werkte op dat moment al twee jaar in Griekenland. Niet als balletdanser, waarvoor ik was opgeleid, maar als danser in nachtclubs en op tv. Ik kon geen baan krijgen bij een Grieks balletgezelschap, omdat ik was geëmigreerd vanuit Albanië en illegaal in Griekenland was.”

Nadat twee mannelijke solisten van het Griekse Nationale Ballet geblesseerd raakten, deed de artistiek directeur van het gezelschap echter toch een beroep op hem. Als gastsolist danste Altin vijf voorstellingen en het toeval wilde dat bij de laatste voorstelling Rudi van Dantzig, choreograaf en voormalig artistiek directeur van Het Nationale Ballet, in de zaal zat om dansers te casten voor zijn Romeo en Julia. “Rudi was blijkbaar van mij onder de indruk en zocht me op. Hij kon niet geloven dat ik op dat moment mijn inkomen verdiende met dansen in nachtclubs en tv-optredens en wilde me casten voor Romeo en Julia. Maar dit kon niet omdat ik geen deel uitmaakte van het gezelschap. Rudi stelde toen voor dat ik in Nederland zou komen dansen. Ik dacht echt dat hij gek was en kon me niet voorstellen wat hij in mij zag. Daarnaast was ik tevreden met hoe mijn leven er op dat moment uitzag, en dus sloeg ik in eerste instantie zijn aanbod af.”

“Ik dacht toen echt dat hij gek was en kon me niet voorstellen wat hij in mij zag.”

Rudi van Dantzig liet het er echter niet bij zitten, schreef Altin na terugkomst in Nederland meerdere brieven en schakelde uiteindelijk Wayne Eagling in, die destijds artistiek directeur was van Het Nationale Ballet. “Wayne bood me, zonder dat hij me ooit had zien dansen, een contract aan als coryphée, wat zelfs een rang hoger is dan corps de ballet. Ik besloot het te doen, al kon ik nog steeds bijna niet geloven wat me overkwam. Het voelde alsof ik in een film leefde.”

Altin Kaftira en Larissa Lezhnina in Romeo en Julia
Altin Kaftira en Larissa Lezhnina in Romeo en Julia
Altin Kaftira en Larissa Lezhnina in Romeo en Julia
Altin Kaftira en Larissa Lezhnina in Romeo en Julia
Altin Kaftira in Apollo van Balanchine
Altin Kaftira in Apollo van Balanchine

Van danser naar fotograaf en multi-cameraregisseur

En dus verruilde hij Griekenland voor Amsterdam, waar hij zich binnen twee jaar opwerkte tot eerste solist. In deze positie danste hij vele hoofdrollen in zowel klassieke als moderne producties, voor hij na een twaalfjarige danscarrière bij Het Nationale Ballet besloot te stoppen met dansen. Altin: “Dansen staat voor mij gelijk aan passie, en toen het te veel als werk ging voelen, besloot ik te stoppen. Deze keuze was makkelijker omdat ik me, door te stoppen, volledig kon storten op mijn andere grote passie: film. Ik heb altijd al een fascinatie gehad voor camera’s en bewegend beeld, en was zowel in Griekenland als in Amsterdam continu bezig met filmen. Het voelde daarom als een logische stap om hiermee verder te gaan. Ik wist op dat moment alleen nog niet precies op welke manier en had nooit gedacht dat ik als filmmaker bij Het Nationale Ballet zou gaan werken.” Maar na een studie, een korte periode in het buitenland, kwam hij tijdens een gesprek met zijn goede vriendin en choreograaf Annabelle Lopez Ochoa op het idee om zijn videokwaliteiten voor het gezelschap in te zetten.

“En nu, 27 jaar nadat ik als danser bij het gezelschap kwam, ben ik er nog steeds. Het is altijd mijn thuis geweest en lijkt bijna een lotsbestemming te zijn.”

“We bedachten dat we zelf video’s konden gaan maken voor bijvoorbeeld social media. Dat was toen, in 2008, aan het opkomen, maar werd nog niet echt voor marketingdoeleinden gebruikt. Ik pitchte het idee bij artistiek directeur Ted Brandsen en toenmalig zakelijk directeur Stijn Schoonderwoerd en zij gaven me carte blanche. Toen ben ik, in nauwe samenwerking met het hoofd van de marketingafdeling, begonnen als filmmaker, en hebben we het Facebook-account in het leven geroepen dat nu nog steeds wordt gebruikt.”

Altin aan het werk in de Studio als fotograaf
Altin aan het werk in de Studio als fotograaf

Altin zette hiermee zijn carrière bij Het Nationale Ballet, dat bijna iets wegheeft van een modern sprookjesverhaal, voort: “En nu, 27 jaar nadat ik als danser bij het gezelschap kwam, ben ik er nog steeds. Het is altijd mijn thuis geweest en lijkt bijna een lotsbestemming te zijn. Elke keer als ik vertrek, word ik als een magneet weer teruggetrokken.” Inmiddels is hij vooral actief als fotograaf en multi-cameraregisseur, waarbij hij tijdens (live)streams het camerateam aanstuurt: “Ik had nooit zoveel met fotografie tot ik begon met het fotograferen van mijn vrouw, die op dat moment als eerste soliste bij het gezelschap danste.

Toen vervolgens bleek dat het handig was om een fotograaf in huis te hebben, ben ik me daar meer mee gaan bezighouden. Vervolgens kwamen de lockdowns en de streams en gaf Ted Brandsen me de kans om ook dat uit te proberen. Net als mijn danscarrière bij Het Nationale Ballet en mijn positie als filmmaker, zijn dus ook deze twee functies zomaar op mijn pad gekomen. Wat hierbij telkens terugkomt is het vertrouwen dat ik krijg van de directie en staf. Zonder dat vertrouwen was dit alles niet mogelijk geweest.”

Mathieu Gremillet actief als filmmaker bij Het Nationale Ballet
Mathieu Gremillet
Mathieu Gremillet actief als filmmaker bij Het Nationale Ballet

Mathieu Gremillet

Inmiddels heeft tweede solist Mathieu Gremillet het stokje van Altin overgenomen als filmmaker. De van oorsprong Franse Mathieu maakte in 2002 de overstap van Ballett Zürich naar Het Nationale Ballet, waar hij werd aangenomen als coryphée en in de jaren daarop achtereenvolgens werd gepromoveerd tot grand sujet en tweede solist. Mathieu: “Dat ik bij Het Nationale Ballet werd aangenomen, voelde voor mij echt als een ‘step up’. Het toneel en de producties waren groter dan ik gewend was en er werden veel meer producties gedanst. Ik kreeg meteen al de kans om hele mooie rollen en voorstellingen te dansen en heb in mijn tien jaar als danser bij het gezelschap gewerkt met choreografen van over de hele wereld, die allemaal hun eigen, heel interessante visie hadden. Deze diversiteit onder de choreografen, maar ook in producties – ik heb alles gedanst, van klassiek tot heel modern – was voor mij heel belangrijk. Ik raak namelijk nogal snel verveeld,” vertelt hij lachend.

Deze diversiteit is echter niet alleen terug te zien in het repertoire van Het Nationale Ballet, maar ook in het gezelschap zelf: “Het Nationale Ballet is heel open en gastvrij en brengt een grote groep heel uiteenlopende persoonlijkheden samen, waardoor iedereen er wel gelijkgestemden treft. Mede hierdoor vond ik in het gezelschap eigenlijk alles wat ik nodig had: ik ontmoette er mijn ex-vrouw (toenmalig eerste soliste Igone de Jongh – red.) en veel van mijn vrienden. Ik hou niet zo van de uitspraak ‘het gezelschap is mijn familie’, maar Het Nationale Ballet werd wel mijn thuis en we leefden als dansers toen echt in een soort bubbel.”

"Ik heb heel veel geluk gehad bij mijn ‘transitie’."

Deze veilige bubbel heeft voor sommigen echter ook een keerzijde, die vooral naar voren komt wanneer danscarrières ten einde komen. Mathieu: “Doordat je jarenlang zo intens op één ding gefocust bent en je hele leven zich binnen het gezelschap afspeelt, kan het moeilijk zijn om je, nadat je bent gestopt, te ontwikkelen in een andere richting. Ik ken verhalen van mensen die echt in een gat vielen nadat ze stopten met dansen en heel lang niet wisten wat ze moesten gaan doen.” Zelf heeft hij dit gelukkig niet zo ervaren: “Ik heb heel veel geluk gehad bij mijn ‘transitie’. Al voordat ik stopte met dansen wist ik dat ik als filmmaker wilde gaan werken en ik heb me hier dus, onder andere met een studie, goed op kunnen voorbereiden. Vervolgens werd ik meteen aangenomen als filmmaker bij Het Nationale Ballet.

 " ... van de ene op de andere dag verhuisde ik van de kleedkamer naar een kantoor.”

Ik heb hierbij veel te danken aan Altin, die eigenlijk de reden is dat ik doe wat ik nu doe. Hij vroeg me, toen ik nog danste, of ik na mijn danscarrière met hem zou willen samenwerken als filmmaker en heeft me vervolgens onder zijn vleugels genomen. Maar ook Ted Brandsen was geweldig in dit proces. Hij gaf me het vertrouwen en de unieke kans om deze functie te gaan uitvoeren. En toen ging het allemaal heel snel: ik stopte met dansen en van de ene op de andere dag verhuisde ik van de kleedkamer naar een kantoor.”

Matthieu toen
Matthieu toen
Matthieu nu
Matthieu nu

Inmiddels duurt Mathieu’s carrière als filmmaker al ongeveer even lang als zijn danscarrière bij Het Nationale Ballet was, en heeft hij talloze trailers, teasers, behind-the-scenes-video’s en making-of-series op zijn naam staan. Zijn ervaringen als danser komen hierbij op verschillende manieren van pas. Mathieu: “Ik heb gevoel voor ballet en ken de producties, waardoor het makkelijker is om deze vast te leggen. Mijn danservaring levert me allerlei ‘shortcuts’ op: ik weet waar ik moet kijken en wat op welke manier moet worden gefilmd.

“Mijn danservaring levert me allerlei ‘shortcuts’ op”

Hierdoor gaat het hele proces sneller en het zorgt bovendien voor vertrouwen bij de dansers en de staf. Zij weten dat ik weet hoe ballet in beeld moet worden gebracht. Daarnaast heb ik ervaring met het omgaan met de dansers en heb ik tegelijkertijd nauwe banden met veel andere afdelingen in het theater, zoals de marketingafdeling. Die positie maakt de functie van filmmaker bij Het Nationale Ballet, naast het creatieve deel, nog interessanter.”

Anu Viheriäranta
Foto: Altin Kaftira
Anu Viheriäranta op werkbezoek in het Decoratelier

ANU VIHERIÄRANTA

Ook voormalig eerste soliste Anu Viheriäranta, die vroeger vaak met Mathieu danste, rolde direct na het beëindigen van haar danscarrière in een nieuwe functie binnen Het Nationale Ballet. Anu: “Ik werd in 2005 als danser aangenomen bij Het Nationale Ballet. Het was mijn tweede gezelschap, na zes jaar bij het Finse Nationale Ballet in mijn geboortestad Helsinki. Doordat ze bij het Finse Nationale Ballet toen nog niet met rangen werkten, kreeg ik al op jonge leeftijd de kans om solistenrollen te dansen in veel verschillende producties. Ik was bijvoorbeeld nog maar negentien toen ik mijn eerste hoofdrol kreeg. Daarna volgden er nog meer, waaronder de rol van Odette/Odile in Het Zwanenmeer van Rudi van Dantzig – dezelfde versie die ze hier in Amsterdam uitvoeren. Bij Het Nationale Ballet in Amsterdam werd Anu in eerste instantie aangenomen in de rang van grand sujet. “Dat was destijds dus eigenlijk een stapje terug,” vertelt ze lachend.

“als ik geen danser was geworden, was ik nu denk ik accountant geweest.”

Lang duurde dit echter niet: in 2007 werd ze gepromoveerd tot tweede solste en drie jaar later volgde haar benoeming tot eerste soliste. In deze positie danste ze tot 2013, onder meer met Mathieu Gremillet. Anu: “En toen raakte ik geblesseerd. Ik was net hersteld van een operatie aan mijn heup, toen er iets geks met mijn voet gebeurde dat niet op te lossen viel. Ik stond toen voor de keuze: op pijnstillers blijven doordansen of stoppen. Omdat ik niet het risico wilde nemen mijn lichaam voor de rest van mijn leven te beschadigen, koos ik voor het laatste.”

Daarop volgde meteen een tweede keuze: wat te doen na haar danscarrière? Anu: “Al tijdens mijn ziekteverlof werd ik gedwongen om na te denken over wat ik wilde gaan doen. Ik had eerst het idee om na mijn danscarrière fysiotherapeut te worden, maar realiseerde uiteindelijk dat dat fysiek gezien niet voor mij was weggelegd. Toen ben ik begonnen met een studie in boekhouding en financiën. Ik heb namelijk altijd al gehouden van cijfers en planningen en als ik geen danser was geworden, was ik nu denk ik accountant geweest.”

Anu Viheriäranta in Les Sylphides - Michel Fokine
Anu Viheriäranta in Les Sylphides - Michel Fokine
Anu Viheriäranta met Casey Herd in Stravinsky's Violin Concerto - Balanchine
Anu Viheriäranta met Casey Herd in Stravinsky's Violin Concerto - Balanchine

Doorontwikkeling

Maar van een carrière in dat veld zou het uiteindelijk niet komen. “Tijdens mijn ziekteverlof werkte ik naast mijn studie ook acht maanden als production administrator bij de artistieke staf van Het Nationale Ballet, ter vervanging van iemand die toen met zwangerschapsverlof was. En toen kwam er, nadat mijn danscarrière definitief ten einde was, plotseling een vacature vrij voor voorstellingsleiders, die alle cues geven tijdens de voorstellingen. Ik had deze rol wel eens vervuld tijdens New Moves (een jaarlijks terugkerend project waarbij dansers zelf een voorstelling creëren – red.) en het leek me altijd al interessant werk, maar ik had ook mijn twijfels. Want waarom zouden ze een vrouw die eigenlijk niet echt iets afwist van techniek aannemen als voorstellingsleider? Uiteindelijk bleek ik op het goede moment op de goede plek te zijn en werd ik aangenomen. Ik werd hierbij gesteund door heel veel mensen binnen het gezelschap. Zonder het vertrouwen dat zij mij toen schonken, was het denk ik niet gelukt.”

“het voelt vooral als een grote rijkdom om ... zoveel verschillende kanten van het gezelschap te hebben mogen meemaken.”

Hiermee was haar doorontwikkeling binnen Het Nationale Ballet echter nog niet ten einde: na een aantal jaar verruilde ze de functie van voorstellingsleider voor die van productieleider.  “Als productieleider in dit theater heb je een coördinerende positie en zorg je ervoor dat alle losse onderdelen van een productie uiteindelijk samenkomen. Je bent de schakel tussen de artistieke en technische kant en houdt bijvoorbeeld het productiebudget bij. Het is dus een heel andere functie dan die van voorstellingsleider, waarin je veel overeenkomsten ziet met het dansen: je werkt met muziek, draait een voorstelling en voelt eenzelfde soort adrenaline. Toch denk ik dat de rol van productieleider uiteindelijk beter bij mij past, omdat ik nu meer bezig bent met plannen en organiseren en ik hier ook mijn interesse voor cijfers in kwijt kan. Maar het voelt vooral als een grote rijkdom om, sinds ik hier zeventien seizoenen geleden kwam, zoveel verschillende kanten van het gezelschap te hebben mogen meemaken.

Mirjam Braam

MIRJAM BRAAM

Waar de andere drie ex-dansers vrijwel meteen na het beëindigen van hun balletcarrière een nieuwe positie vonden bij Het Nationale Ballet, legde Mirjam Braam een heel andere route af. Pas een kleine dertig jaar nadat ze stopte met dansen, keerde ze terug naar het gezelschap waar haar gehele danscarrière zich afspeelde. Deze carrière begon in 1983, toen Mirjam na haar opleiding aan de Nel Roos Academie – die in 1987 met de Scapino Dansacademie fuseerde tot de huidige Nationale Balletacademie – auditie deed voor Het Nationale Ballet.

Mirjam: “Dansen bij Het Nationale Ballet is voor mij altijd een soort ‘heilige graal’ geweest. Al vanaf het moment dat ik als klein meisje op een lokale balletschool rondhuppelde, wist ik dat ik wilde dansen, en Het Nationale Ballet was daarbij het hoogst haalbare. Ik wist toen nog niet hoe of waarom, maar wel dat dit iets was wat ik moest doen. Als ik hier nu op terugkijk, is het eigenlijk best bijzonder dat een kind van zes die drang al zo erg voelt. Dat ik na mijn auditie bij het gezelschap werd aangenomen, was dan ook echt een droom die uitkwam.”

“Dansen bij Het Nationale Ballet is voor mij altijd een soort ‘heilige graal’ geweest.”

Uiteindelijk danste ze bijna tien jaar bij Het Nationale Ballet. “Ik kijk terug op een hele mooie tijd en zou het zo weer overdoen. Wel vond ik overgang van balletschool naar gezelschap in het begin best lastig. De balletwereld was toen strenger en hiërarchischer dan nu en dat was allemaal erg overweldigend, vooral als je, net zoals ik toen, pas zeventien of achttien jaar oud bent. Als jonge danser groei je echt op bij een gezelschap en is ballet je hele leven: je bent dag en nacht in het theater, je collega’s zijn je beste vrienden en je bent altijd met z’n allen. Achteraf gezien leefde je in die tijd in een nogal beschermde wereld.”

Mirjam Braam
Les noces (Bronislava Nijinska). Van onderaf gezien is Mirjam Braam de vijfde danseres

Het stoppen met dansen ervoer Mirjam dan ook als best een schok. “Je wijdt je leven jarenlang volledig aan de danskunst, waardoor je best wel in een gat valt als dit plotseling wegvalt. Vooral omdat alles binnen het gezelschap gewoon doorgaat en er zo weer een nieuwe danser op jouw oude plek staat. Ik vond het in het begin heel lastig om mijn leven opnieuw vorm te geven, maar het is wel gelukt! Ik heb heel veel mooie dingen mogen doen en ben daar stiekem best trots op.”

“Ik vond het in het begin heel lastig om mijn leven opnieuw vorm te geven”

Deze ‘dingen’ variëren van sportmassage bij Ajax tot het opzetten van een webshop van een modemerk en een functie als studentenbegeleider bij Academie Artemis, waar ze zelf eerder een opleiding tot modestyliste volgde. Na al deze omzwervingen kwam Mirjam twee jaar geleden weer ‘thuis’ bij Het Nationale Ballet. “Ik werk nu als assistent van het hoofd van de afdeling Marketing, Communicatie en Verkoop en voel me daar heel erg op mijn plek.

 

Mirjam Braam
Premièrebezetting (1984) van Slow, Heavy and Blue (Carolyn Carlson): John Wisman, Mirjam Braam, Sjoerd van den Berg, Nicolah Tranah, Mikko Nissinen, Robert Poole, Jane Matty, Belle Bonarius en Ted Brandsen (v.l.n.r.)

Wat in het begin wel gek voelde, was het werken op de derde verdieping, waar deze afdeling zich bevindt. In de tijd dat ik nog danste was dat namelijk de plek waar de directie zat en waar je echt alleen maar heen ging als je uitgenodigd werd. Dit is nu overigens niet meer het geval: de sfeer binnen het gezelschap is nu veel opener. Er is door de jaren veel veranderd maar het is ook heel leuk om veel ex-dansers nu weer in andere posities terug te zien.

"de sfeer binnen het gezelschap is nu veel opener"

Ik vind het fijn om weer terug te zijn en het voelt gek genoeg, ook al is het op een heel andere manier, nog steeds als mijn thuis. Tegelijkertijd zie ik het ook als een voordeel dat ik zoveel heb meegemaakt buiten Het Nationale Ballet, op heel andere plaatsen en met andere collega’s. Ik heb hierdoor op een heel andere manier leren kijken naar de wereld, wat denk ik van pas komt nu ik hier weer terug ben.”